dinsdag 31 mei 2016

Witz

De waard van mijn stamcafé vindt het jammer dat ik mijn vertrekdatum niet nog wat uitstel. Komende zaterdag organiseert hij een jazzfestival op het plein voor de kerk, en daar moet ik natuurlijk wel bij zijn, Frau Professor. Ja zeg. Eigenlijk wel. Maarja, het gaat niet. Ik moet komende week weer lesgeven in Amsterdam.


Gelukkig wordt het Festival wel eerst gesegnet (ingewijd) door Giovanni, de Pfarrer van de kerk. Want een ongezegend jazzfestival - dat kan natuurlijk niet. Giovanni is ook vaak op het terras van het stamcafé te vinden. Als er een huwelijk is geweest in de kerk, of een doop, dan gaat hij na afloop van de dienst altijd met zijn schaapjes naar mijn stamcafé, hoewel er aan het kerkplein nog wel vijf aangename terrassen met lekkere menukaarten zijn. Daar heeft mijn waard dus goede klandizie aan.


Giovanni is een rijzige man met hele grote bruine ogen. Ik denk dat hij iets jonger is dan ik. Zoals zijn naam al verraadt, komt hij uit Italië. De vorige keer dat er een doop was, en de gemeente op het terras voor mijn voordeur was neergestreken, had ik ont-zet-ten-de sjans met Giovanni toen ik naar mijn voordeur liep. Echt vonken. Een priester! Schande!


Maar vandaag was Giovanni er niet, dus mijn cursus Weense slang kon voortgezet worden. Ik kan het niet laten een paar samples in het digitale archief van dit blog vast te leggen. Mijn inwijding is een leuk afscheidscadeautje, en maakt het spanningsveld tussen willen blijven en willen weggaan toch nog relevant.


Natuurlijk leerde ik de seksuele connotaties van de werkwoorden pudern, schnakseln en hämmern. De heren in het gezelschap bezwoeren me dat vrouwen zulke bewegingen nooit maken, maar dat werd fel bestreden door de echtgenote van één van hen. Hilarisch waren de momenten waarop mijn informanten hun Weens vertaalden in Weens, en daar pas achterkwamen toen ze het vraagteken op mijn voorhoofd konden zien: een Percht werd vertaald als schirche Frau, maar schirch moest toen ook nog even vertaald worden in het hoogduitse woord voor lelijk. De één vond Percht een volkomen achterhaald woord, de ander zei dat ie het nog elke dag gebruikte.


Een leuke vond ik ook Hawara (of Habara - over de spelling was geen overeenstemming) dat uit het Jiddisch komt en goede vriend betekent. Onze gabber dus. Een Schmäh is een Witz. Witz is ook Jiddisch, zei ik, maar mijn gespreksgenoten bezwoeren me van niet: nee hoor Witz is écht Duits. Prima joh. Wat jij wil.


Maar ze kwamen wel met een ander geweldig Jiddisch woord: Machelloigges, hetgeen absurditeiten betekent. En het werkwoord hatschen betekent ver weg gaan, en komt van de Hadj naar Mekka. Sinds de Turken voor Wenen hebben gelegen weet elke Wener ook min of meer waar dat ligt.


Maar veruit de leukste vond ik een Piefke. Dat is de niet bepaald vriendelijke aanduiding voor een Duitser. Johann Gottfried Piefke (1815-1884) was een Pruisisch legercomponist die een hele rits verschrikkelijke militaire marsen heeft geschreven, ook die voor de overwinning in 1866 van het Pruisische leger over de Duitse Bond waarbij de Oostenrijkers zich hadden aangesloten. Die meneer Piefke marcheerde in 1866 dus op zijn eigen muziek Wenen binnen en sindsdien heten alle Duitsers Piefkes. 'Trouwens', zei een dame aan mijn tafel met nauwelijks verholen minachting, '"Pruisen" is niets meer dan een familienaam.' 'Net als "Zulu"', vulde ik aan, en dat verbaasde het gezelschap zeer.


Dus ik had weer een heerlijk nep-antropologenmomentje. Tot er weer wat minder frisse sentimenten op kwamen borrelen. Een achterbuurvrouw beklaagde zich over de herrie aan de kade van het Donaukanaal (vlak achter bij ons), waar een bonte rij aan luidruchtige muziektenten de stille juni-avonden omvormt tot dance-parties. 'De hele kade vol met migranten', mopperde de dame. 'Hoezo migranten?' vroeg een andere tafelgenoot. 'Nou ja, je weet wel: die Farbigen', zei ze. 'Ah ja, de Farbigen, zei mijn tafelgenoot met een ironische lach in zijn ogen. 'Je weet overigens waarom neo-nazi's niet kunnen DJ-en toch?' Het gezelschap viel stil. De tafelgenoot behield zijn twinkelende ironie. 'Omdat neo-Nazi's geen onderscheid kunnen maken tussen [19]33 en [19]45 [toeren], zei hij, waarbij hij de tekstgedeelten tussen vierkante haken niet uitsprak. De mopperdame zweeg beschaamd. Goede Witz.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten